#10 De kunst van het verdwalen: van Youtube tot gedragseconomie
...hoe inefficiënt researchen kan leiden tot de meest waardevolle inzichten
Als ik me in januari 2021 in ons geldstelsel begin te verdiepen heb ik eigenlijk geen idee waar ik moet beginnen. Inhoudelijk gezien gaat deze podcastserie namelijk vele malen dieper dan ik tot dan toe van mijn commerciële filmwerk gewend ben. Ik ben daarbij niet wetenschappelijk opgeleid, heb nooit gewerkt als docu-researcher en lees vrij langzaam.
Mijn vertrekpunt als dyslectische autodidact is daarom steevast Youtube en daar kom ik via crypto-experts en goudhandelaren al snel terecht bij uiteenlopende interviews over macro-economische onderwerpen. Zodoende kom ik in aanraking met de ideeën van invloedrijke economen, ontdek ik verschillende economische scholen en vind vervolgens verdieping in podcasts en hoorcolleges. Die brengen me weer bij boeken en onderzoeken en zo ga ik, kris kras door de economische wetenschap heen, meerdere rabbit holes tegelijkertijd in.
Deze manier van werken is bijzonder inefficiënt, want er zijn vast theorieboeken over ons monetaire stelsel waar ik de basis van mijn verhaal uit had kunnen halen. Toch ben ik er van overtuigd dat ik mezelf een grote dienst heb bewezen door zo te werk te gaan, want juist hierdoor kwam ik in aanraking met een eclectische verzameling economische onderwerpen en verrijkte ik mezelf met duizend en één perspectieven op geld en de economie.
Zo leerde ik begrijpen vanuit welk mensbeeld de verschillende economische scholen vertrekken, dat geld over tijd duizend en één verschijningsvormen heeft gehad en dat onze economie al vijftien jaar lang aan gierende inflatie onderhevig is als je de inflatie-definitie hanteert van de Oostenrijkse school. Het heeft me daarmee geleerd kritisch te luisteren, economen te bevragen en niets als een vaststaand gegeven te zien. Wat uiteindelijk maakt dat ik de angst heb moeten overwinnen om zelf conclusies te trekken en verantwoordelijkheid te nemen voor de onderbouwing van mijn eigen mening.
Gedragseconomie
Een van de meest leuke bijvangsten van deze inefficiënte zoektocht is mijn aanraking met de gedragseconomie. Een economische school die ontstaan is door psychologen die zich verbaasden over het primitieve mensbeeld waarmee mainstream economen naar mensen kijken. Gedragseconomie combineert dan ook de twee vakgebieden die ik beide mateloos interessant vind en vaak haaks op elkaar lijken te staan: psychologie en economie. En door dat te doen brengen ze een vorm van verdieping en menselijkheid terug in het economische denken, waarover later meer.
Een gedragseconoom vertrekt overigens opvallend genoeg niet vanuit een mensbeeld, maar ze onderzoekt hoe mensen economische beslissingen nemen, rekening houdend met cognitieve beperkingen, emoties en sociale invloeden.
Drie boeken
Dè invloedrijkste gedragseconoom is Daniel Kahneman en zijn bekendste boek is Thinking, Fast en Slow. Een absolute aanrader. Dit gaat over onze twee manieren van denken: ‘snel en op gevoel’ (systeem 1) en ‘langzaam en doordacht’ (systeem 2). Hij onderzoekt hoe deze denkstijlen elkaar beïnvloeden en beschrijft hoe we keuzes maken in ons dagelijks leven.
Thinking, Fast and Slow kwam ik overigens pas op het spoor nadat ik The Undoing Project had gelezen, dat niet van Kahneman is, maar over Kahneman en zijn collega-psycholoog Amos Tversky gaat. Het boek beschrijft hoe hun onderzoek naar beslissingsprocessen en denkfouten de gedragseconomie vormde. Eveneens een aanrader.
En een ander intersant en wereldberoemd boek is Nudge. Dit gaat over hoe kleine aanpassingen, oftewel 'nudges', mensen kunnen helpen betere beslissingen te nemen in hun dagelijks leven.
Denk bijvoorbeeld aan het veranderen van de standaardoptie bij orgaandonatie. In sommige landen is het systeem opgezet als een "opt-in" systeem, waarbij mensen actief moeten aangeven dat ze bereid zijn om orgaandonor te zijn. In andere landen is het systeem een "opt-out" systeem, waarbij mensen automatisch als orgaandonor worden geregistreerd, tenzij ze aangeven dat ze dit niet willen. Een ogenschijnlijk kleine aanpassing van een "opt-in" naar een "opt-out” systeem kan in zo'n geval veel levens redden.
Menselijkheid in het economische denken
Om te illustreren hoe de gedragseconomie zorgt voor verdieping en tegelijkertijd de menselijke maat terugbrengt in het economische denken is het leuk om te kijken naar de manier waarop ze type kosten onderscheiden. Ze gaan daarin een stuk verder dan de daadwerkelijke 'directe kosten’ die je betaalt voor een product of dienst, maar onderscheiden andere ‘kosten’ die een rol spelen in de besluitvorming van mensen. Deze helpen tevens verklaren waarom individuen soms afwijken van de voorspellingen van traditionele economische modellen.
Indirecte kosten: Dit zijn de kosten die niet direct gerelateerd zijn aan een aankoop, maar die nog steeds van invloed zijn op de totale kosten. Bijvoorbeeld tijd, moeite en ongemak.
Stel dat je een nieuwe auto aan het zoeken bent dan weegt ook het bezoeken van verschillende autodealers, het onderhandelen over de prijs, het regelen van de financiering en het afsluiten van een verzekering mee, want al deze activiteiten vergen tijd en moeite.Sunk costs: Dit zijn kosten die al zijn gemaakt en niet meer kunnen worden teruggevorderd. Sunk costs kunnen invloed hebben op beslissingen als gevolg van het sunk cost effect, waarbij mensen irrationeel vasthouden aan beslissingen vanwege eerdere investeringen.
De Noord-Zuidlijn in Amsterdam is een herkenbaar voorbeeld. Oorspronkelijk was het project begroot op ongeveer 1,4 miljard euro, maar de uiteindelijke kosten liepen op tot meer dan 3,1 miljard euro. Naarmate het project vorderde en de kosten opliepen, werd het steeds moeilijker om het project te stoppen of te wijzigen, omdat er al zoveel geld was uitgegeven. Het sunk cost effect speelde hier een rol, omdat de besluitvormers mogelijk irrationeel vasthielden aan het project vanwege de reeds gedane investeringen, ondanks de groeiende bewijzen dat de kosten veel hoger waren dan oorspronkelijk gepland.Opportunity costs: Dit zijn de kosten van het missen van de volgende beste alternatief wanneer er een keuze wordt gemaakt tussen verschillende opties.
Stel je voor dat je op een zaterdagavond kunt kiezen tussen naar de bioscoop gaan of thuisblijven om je presentatie voor maandag goed voor te bereiden. Als je besluit naar de bioscoop te gaan, is de opportunity cost de tijd die je had kunnen besteden aan je presentatie en de potentiële verbetering van je beoordeling. Aan de andere kant, als je ervoor kiest om thuis te blijven en te werken, is de opportunity cost het plezier en de ontspanning die je had kunnen ervaren door naar de film te gaan.Psychologische kosten: Dit zijn de emotionele of mentale kosten die gepaard gaan met het nemen van een beslissing, zoals stress, angst, spijt of schuldgevoel.
Stel dat je een baan aangeboden krijgt in een andere stad. Het aannemen van de baan betekent dat je moet verhuizen, je sociale netwerk moet achterlaten en je huidige levensstijl moet aanpassen. De psychologische kosten van deze beslissing zouden dan bijvoorbeeld stress en angst kunnen zijn over het veranderen van je levenssituatie, het onbekende van een nieuwe stad en werkomgeving, en het gevoel van verlies dat gepaard gaat met het achterlaten van je huidige vrienden, familie en routines.Sociale kosten: Dit zijn de kosten die verbonden zijn aan de sociale gevolgen van een beslissing, zoals de impact op relaties, reputatie of sociale status.
Bij het kiezen tussen twee banen, één met een hoger salaris in een controversiële industrie en één met een lager salaris in een prestigieuzere en ethische industrie, spelen sociale kosten een rol in de besluitvorming. Deze kosten omvatten de impact op reputatie, relaties en sociale status, die voortkomen uit de meningen en verwachtingen van vrienden, familie en collega's. Bij het nemen van de uiteindelijke beslissing zullen zowel financiële als sociale kosten worden overwogen, waarbij de sociale kosten variëren op basis van persoonlijke waarden en gevoeligheid voor de meningen van anderen.
De kunst van het dwalen
Dit is het soort gelaagdheid waar ik warm voor loop. Enerzijds omdat ik me sindsdien veel bewuster ben van mijn interne psychologische processen die met een aankoop gepaard gaan. Anderzijds omdat hierdoor voor mij heel tastbaar werd waarom de modellen van de mainstream econoom simplistische weergaves zijn van iets dat oneindig veel gelaagder is. Dat zie ik als een buitengewoon waardevol inzicht dat mijn kennis vergroot heeft en daarmee de podcast beter heeft gemaakt.
Met deze geschiedenis in het achterhoofd probeer ik me daarom te dwingen om niet altijd recht op mijn doel af te gaan, maar me breder te oriënteren. Want had ik direct het juiste boek over ons geldstelsel gevonden dan was ik nooit en te nimmer bij de gedragseconomie uitgekomen. De gedragseconomie kent namelijk geen monetaire theorieën, zo weet ik inmiddels. Dus soms moet je de zijpaadjes bewandelen en bewust verdwaald raken. Niet omdat daar de relevante theorie ligt, maar mogelijk wel het het meest waardevolle inzicht.
Verantwoording: De passage “De gedragseconomie”, "Drie boeken” en “Menselijkheid in het economische denken” is met behulp van ChatGPT4 tot stand gekomen. Sommige zinnen zijn daarin één op één overgenomen. Ik heb getracht de feiten te checken, maar kan niet uitsluiten dat er foutieve informatie in staat.
Dat was 'm voor deze week! Dank voor het lezen.
Wil je me helpen?
Deel ↗️ deze nieuwsbrief en like ❤️ het artikel op LinkedIn en Twitter.